Covidtest in een partytent

De kant met de bomen of de kant die is opengebroken? Moeilijk kiezen altijd hier. De kant met de bomen lijkt logisch, maar altijd ligt er een dode rat. Dat weet ik, en toch schrik ik er iedere keer weer van. Omdat ik telkens hoop dat er deze keer eens geen dode rat zal liggen. Het is donker, het regent hard. Toch maar de kant waar de smalle stoep is opengebroken en waar ik een stuk op de straat moet lopen, dicht bij het drukke verkeer.

Nu nog voorbij verschillende sluikstorthopen. Deze buurt maakt me altijd moe. Toch kom ik naar hier om me beter te voelen. Ik ben blij dat ik vandaag nog kon komen.
Vanmiddag kreeg ik een bericht:
Om 18u hebben wij nog een plekje in de tent.
P.S.: De koning is net op bezoek geweest bij ons!
Het informele  van de laatste mededeling verbaasde me enigszins. Maar ik kon het enthousiasme wel begrijpen. Een buurt vol afval en dode ratten is niet meteen de biotoop van de koning.

Straks geef ik online les. Met wat geluk ben ik tijdig terug thuis. Ik kom bij de tent, een beetje te vroeg. Ik mag in de voortent wachten. Ironisch. Deze partytent in een tijd zonder party’s, deze zonnetent in de herfst. Er hangen zelfs feestelijke vlaggetjes. Iemand hier heeft gevoel voor humor. Of hangen ze er omdat de koning op bezoek was?

Hij verwelkomt me hartelijk. Ik ken hem niet, heb hem hier nog nooit gezien. Ik mag in het achterste deel van de tent plaatsnemen, een klein apart kamertje. Hij stelt me direct op mijn gemak. Hij tikt mijn gegevens in op zijn computer. Hoe primitief ook, alle materiaal is hier voorzien.

Ik zeg dat ik blij ben dat ik zo snel mocht komen, want dat ik nog les moet geven. ‘Toch niet in de klas? Als je nu hier bent, is dat geen goed idee.’ ‘Nee, vandaag online. Maar anders wel nog in de klas, in kleine groepjes, mijn cursisten hebben dat liever.’ ‘Mogen zij dat zelf beslissen?’ vraagt hij. ‘Dan zijn het zeker geen kinderen.’ Ik vertel hem over de volwassenen uit mijn klas.

Ik zeg dat ik bezorgd ben, me niet meer zo veilig voel de laatste tijd. Vooral op het openbaar vervoer. Hij begrijpt me. ‘Ik kom ook elke dag met het openbaar vervoer naar het werk, ja, het is erg.’

Hij kijkt in mijn keel, luistert naar mijn longen. Ik vraag me af hoe hij mijn ademhaling kan horen doorheen de regen die op de tent klettert. Hij is opvallend goed gehumeurd. Op deze donkere, natte avond, in deze sombere buurt en met de zorgen en het vele werk die de epidemie met zich meebrengt? Ik kan het niet goed rijmen. Het zal een overlevingsstrategie zijn. Of is hij nog feestelijk gestemd door het bezoek van de koning?

‘Dit zal niet je aangenaamste moment van de dag zijn,’ zegt hij vrolijk, met het lange dunne buisje in zijn hand. Ontspan je goed.’ Het voelt zoals water in je neus krijgen bij het zwemmen, maar dan tien keer erger. Als het voorbij is, voel ik het nog steeds prikken in neus en oor. ‘Zo, het is al gedaan!’ Hij maakt het staal klaar voor verzending naar het labo. Opgewekt licht hij me in over het vervolg.

‘Bent u hier een vaste arts? Ik heb u hier nog nooit gezien.’
‘Ik loop hier een jaar stage. Ik heroriënteer me.’
‘Wat deed u dan vroeger?’
‘Ik was advocaat. Daarom dat ik zoveel praat!’

Ik zie hem in een zwarte toga in de rechtbank, dan weer in zijn witte doktersjas met korte mouwen in de zonnetent in de regen. Ik begrijp goed dat hij dit zoveel liever doet. Ik vraag me af hoeveel jaar hij gestudeerd zou hebben. Ik vertel hem dat ik me ook geheroriënteerd heb, dat ik bediende was en nu sinds twee jaar leerkracht. ‘Ik heb grote bewondering voor u!’ zeg ik.

‘Ik ook voor u!’ We lachen, nemen afscheid, ik wil naar buiten door de voortent, maar nee, er is een aparte uitgang. Hij houdt een flap aan de zijkant van de tent voor me open. Rechtstreeks, zonder eerst mijn paraplu te kunnen openen, stap ik de gietende regen in. Het deert me niet meer.

Ik zal goed op tijd thuis zijn voor mijn avondles.

Deze bijdrage verscheen eerder op de blog De rode valies. Verhalen uit Brussel.

De Picardstraat van de toekomst

Op het einde van de heerlijke zomerstraat in de Picardstraat in Molenbeek stelden we onze droom voor de straat (en de buurt) voor. We baseerden die op wat we leerden tijdens de zomer: ruimte, rust en een aangename omgeving stimuleren het straatleven.

De Picardstraat van de toekomst is een straat waar altijd plaats is om te spelen en een praatje te slaan, door eenrichtingsverkeer in te voeren en een aantal parkeerplaatsen te schrappen. Zo krijgen we veiliger verkeer en plaats voor veel groen, een groene link tussen Thurn en Taxis en het Elisabethpark. Dat helpt om de stad af te koelen tijdens hittegolven, en op druilerige dagen als deze kan het regenwater in de bodem sijpelen.

Tijdens de zomer en op autovrije zondag toverden buurtbewoners de Picardstraat om in een gezellige speelstraat. VRT NWS, Karrewiet en RTBF namen een kijkje. Het buurtcomité, dat actief is op Instagram en Facebook, ontvouwt nu ook toekomstplannen.

Wereldwijs in Molenbeek

In 2016, toen Molenbeek in de hele wereld beschouwd werd als een broeihaard van terrorisme, volgde de Finse filmmaker Reetta Huhtanen twee Molenbeekse ketjes van zes: Aatos en Amine. De ene jongen heeft een Finse moeder en een Chileense vader, de andere is van Marokkaanse afkomst. Ze spreken Frans met elkaar en hebben het weleens over godsdienst, zowel op school als daarbuiten. ‘Goden van Molenbeek’ is een innemende documentaire die je op onnadrukkelijke wijze het menselijke potentieel van Molenbeek toont.

Aatos en Amine wonen in hetzelfde appartementsgebouw en ze spelen vaak samen, van voetbal over Playmobil tot kleuren. Hun fantasie laten ze daarbij de vrije loop. Amine neemt Aatos mee naar de woestijn waar er geesten ronddwalen en Aatos zet met zijn vliegende tapijt koers naar Finland. Ze vertellen over de dinosauriërs die alles zouden verpletteren als ze nog zouden leven. “We zouden zo plat zijn als een pannenkoek.” De maker zit er dicht op en brengt de spontane, ongedwongen dialogen en interacties in beeld. Er schuilt veel poëzie in de goed gekozen observaties.

De kinderlijke onschuld botst met de angstaanjagende toestanden na de aanslagen in Maalbeek en Zaventem. Gewapende militairen verschijnen in het straatbeeld, politiesirenes loeien, metrostations zijn gesloten en aan de Beurs ontstaat een herdenkingsplek. Molenbeekse moslims komen op staat om zich te distantiëren van het brute geweld in naam van hun godsdienst.

God is alomtegenwoordig in de documentaire. Op school houdt Aatos een spreekbeurt over een Fins scheppingsverhaal. Een arend zou een ei gelegd hebben waaruit de wereld is ontstaan. Amine gaat naar de moskee en bidt. Hij weet dat Allah groot is, maar onzichtbaar op aarde. Aatos en Amine discussiëren erover of Jezus de zoon van God is. Flo, een vriendinnetje van Aatos, filosofeert dat goden niet bestaan. Ze zijn aan de verbeelding van de mens ontsproten. Komt de waarheid dan toch uit een kindermond?

Molenbeek een ‘hellhole”? De film laat een ander beeld zien van de superdiverse samenleving. Zonder de talrijke problemen te negeren, zoals kansarmoede, werkloosheid en radicalisme: de stad heeft potentieel. De kinderen zijn wereldwijs en kleurenblind. Ze stappen zonder complexen de metro op en beschouwen de straten, de pleinen en de parken als hun speeltuin. Op kinderfeestjes worden liedjes in meerdere talen gezongen. Diversiteit is een vanzelfsprekendheid. Veerkracht tonen ze ook, want ze gaan opvallend sereen om met de nieuwe realiteit na de aanslagen. Je thuisomgeving bepaalt wel heel veel, zoals blijkt uit de verschillende voorstellingen over God.

Op het einde trekt Aatos met zijn gezin weg uit Brussel. De onafscheidelijke vriendjes moeten afscheid nemen. De film is een eerbetoon aan hun hartverwarmende vriendschap. Tegelijk is de documentaire met haar prachtige beelden een ode aan het kijken. Niet toevallig observeert Aatos zijn omgeving met een periscoop.

‘Goden van Molenbeek’ uit 2019 is nog tot 21 april 2020 te zien op VRT Nu.

Kwistig in oktober

In oktober pakken we opnieuw uit met onze quizrubriek Kwistig. We zijn daarin kwistig met moeilijke vragen, interessante weetjes over Brussel en … mooie prijzen. Wie weet, win je een van de drie duotickets voor Obsessions, de nieuwe tentoonstelling over outsiderkunst in het MIMA, die loopt tot 5 januari 2020. BRUZZ spreekt van “een versnelde hartenklop, een artistiek en menselijk avontuur dat je midscheeps raakt, een obsessie waar wij nooit vanaf willen.”
  1. Matongé is de Afrikaanse wijk van Brussel. Het betekent ‘struik, bosje’, maar in welke taal?
  2. Welk invloedrijk werk schreef Karl Marx, samen met Friedrich Engels, in Brussel?
  3. Hoe heet de landschapsarchitect die in het Zoniënwoud het herdenkingsmonument voor de slachtoffers van de aanslagen van Brussel maakte? Het monument bestaat uit een krans van 32 berken, opgesteld rondom een cirkelvormige bank uit blokken blauwe steen.
Waag je kans vandaag nog! Stuur een mail met als titel ‘kwistig oktober’ naar BrusselBlogt of laat een persoonlijk bericht achter via onze Facebook-pagina. Geef daarin de oplossingen en vermeld je naam en je postadres. Je hebt daarvoor tijd tot en met woensdag 30 oktober. Je persoonsgegevens dienen uitsluitend voor de wedstrijd en worden niet bewaard, doorgegeven of op een andere manier gebruikt.

Zwemmen aan het Weststation?

Op vrijdag 26 oktober namen we deel aan een collectief bezoek aan de ongebruikte ruimte rond het Weststation en het metrostation Beekkant. Het gebied wacht op een grondige ontwikkeling in de toekomst met nieuwe appartementen, productieve en commerciële functies, maar ook grote groene ruimten. Voordat de definitieve werken beginnen, zal een tijdelijk en participatief gebruik worden georganiseerd.

We denken dat een zo bereikbare plaats waar alle metrolijnen van Brussel langskomen, en met veel gezinnen in de buurt, een geweldige locatie zou zijn voor een openluchtzwembad. Het kan starten als een tijdelijke installatie die in de toekomst uitgroeit tot een permanent zwembad. Wat denk jij?

Een ambitieus voorbeeld zou de Astoria Park Pool in New York kunnen zijn. Gebouwd in de jaren 1930 in een park langs de East River, is het vandaag nog steeds een bestemming voor mensen uit de hele metropool.

Burgerbeweging Pool is Cool ijvert voor de herintroductie van openluchtzwemmen in Brussel en heeft daarvoor een petitie gelanceerd. 

Hoe goedkoop reizen naar Brussels Airport?

Reizigers die met het openbaar vervoer naar de luchthaven Brussel-Zaventem gaan, hebben het al gemerkt: een treinkaartje naar dit vliegveld is behoorlijk duur vanwege de zogenaamde Diabolotoeslag. Gelukkig zijn er vanuit Brussel en omstreken ook nog andere manieren om je vliegtuig te halen. Ik zet ze even voor je op een rijtje.

IMG_1828

Het Diabolo-project om de luchthaven te ontsluiten kostte veel geld en leidde tot hogere treintarieven. Hier een nieuwe brug tussen Brussel en het vliegveld bij Haren.

Continue reading

Op avontuur in Wonderland

In het MIMA in Molenbeek nemen de Zweedse stadskunstenaars Akay en Olabo je in Wonderland mee op een spannend avontuur. Ze dringen binnen in verlaten gebouwen en laten er artistieke sporen achter, ze verzamelen objecten die ze op hun weg tegenkomen en ze geven een nieuwe bestemming aan hun vondsten. Zo brengen de poëtische rebellen een speelse ode aan de verwondering.

De tentoonstelling begint met een muur van tv’s die beelden van bewakingscamera’s tonen. Je bent zelf meermaals te zien en ziet andere bezoekers in real time door het museum struinen. Maar er zijn ook beelden die opgenomen zijn. Ernaast hangen bordjes die verwijzen naar privé-eigendom. Het is geen stringente aanklacht tegen big brother, maar het roept wel vragen op. Wat is privé en wat is openbaar en wanneer en waar word ik bekeken?
In een volgende zaal hangt een plattegrond van Stockholm, aangevuld met foto’s van gebouwen waar de kunstenaars zijn binnengedrongen. De sleutels die ze gebruikt hebben, hangen er zelfs bij. In een gang met schijnbaar gebarricadeerde deuren kun je dezelfde opwinding voelen als je je eenvoudigweg toegang verschaft tot een kamertje. Je staat plotseling oog in oog met een collectie doorgeknipte fietssloten of lege spraybussen. Elders liggen sloten die je met een code van vier cijfers kunt openbreken. Eerdere bezoekers hebben in een schrift de codes die niet werkten doorstreept, zodat je op hun werk kunt voortbouwen. Interactiviteit is troef.
In de filmpjes zie je hoe Akay en Olabo als volleerde nerds hun creativiteit de vrije loop laten. Ze vinden een regenbooggraffitispuit voor aan de fiets te hangen uit of maken een exacte kopie van de verpakking van spijkers uit de doe-het-zelfzaak. Daarbij hergebruiken ze graag wat ze in de stad vinden, van kleurrijke touwen tot palletten, waarmee ze een domino ontwikkelen. Een kunstwerk kan ook vervaardigd worden door de natuur. Takken hangen ingelijst aan de muur.
Een blikvanger is de versleten Fiat 500 die in de tuin van de curator stond, waarop een huisje is gebouwd. Als je plaatsneemt in de bestuurdersstoel, zie je dat de kamer boven je is ingericht met een bed, een stoel en een kast. Als je durft, kun je zelfs via een trapje de matras bereiken. Het terras bovenaan is helaas niet toegankelijk. Opnieuw zie je hoe de artiesten van weinig iets moois kunnen maken en tegelijk herinnert het aan de inspanningen van daklozen of gestrande migranten om hun eigen schamele stek te creëren.
Wat drijft de Zweden? Is het de hang naar avontuur, de nieuwsgierigheid, hun ecologische en maatschappelijke bewustzijn? Hun eigen antwoord hangt ludiek aan de muur: we have toxoplasma. Die bacterie verklaart zogezegd dat hun hersenen aangetast zijn en dat hun angst uitgeschakeld is. Daarom glippen ze steeds weer door gaten in omheiningen en laten ze zich niet afschrikken door praktische bezwaren bij de ontwikkeling van objecten.

Wonderland loopt nog tot 15 april in het Millennium Iconoclast Museum of Art of MIMA (Henegouwenkaai 39-41, 1080 Molenbeek). Open van woensdag tot zondag van 10 tot 18 uur, de eerste donderdag van de maand tot 22 uur. 

Did Brussels hit me or did it nudge me?

Een paar schoenen voor elke wijk, dat is wat je nodig hebt om Brussel te leren kennen. Elke wijk heeft verschillende snelheden en dynamieken. Vandaar dat er werd gesprint op het Sint-Katelijneplein, op het water dan nog. Wat eigenlijk vreemd is, want in de kanaalzone is er genoeg plaats om een sprintje te trekken. Toch zie je daar alleen maar mensen op de fiets of een zwemmer in het kanaal. 

(c) unknown artist

Ik zeg het eerlijk, ik loop al heel de zomer rond met flipflops in Molenbeek. Ik ben dan ook een mens die geen schrik heeft om te moeten gaan lopen. Je gère quoi!
Waar de mensen waar ik woon op het Hertogin van Brabantplein over nadenken, vooral de Marokkaanse jonge vrouwen, is dat ze niet kunnen kiezen, dat het altijd hetzelfde is. “Hier zijn alleen snacks en de nachtwinkels verkopen allemaal hetzelfde.”
Toch merk ik dat het hier niet zo zwart-wit is, soms kan je wel is iets onder de toonbank krijgen, een tagine, een brochette scampi bij de frituur en als je geluk hebt vers brood in de nachtwinkel.

Het Hertogin van Brabantplein is eigenlijk veel meer dan monotonie, de kerk wordt gehuurd door Babouchka’s en is nu officieel orthodox. Het café om de hoek is in handen van Italiaanse arbeiders van wie de cappuccino even goed is als in Italië. De nachtwinkel is in Afghaanse handen en er is zelf een kitesurfshop van de blonde familie Matos.

Bij een van de buurtwinkels staat er zelfs een machine om fruitsap te persen voor een prikje en je kan zelfs een lekker slaatje eten in de hamburgertent. Je moet gewoon een beetje zoeken en je vindt het als je gezond wilt leven.
Dat is het Hertogin van Brabantplein. Wat me  op viel is dat je in de supermarkt in het Weststation wel veel keuze hebt om gezond te leven en dat je er alles voor ‘foodies’ kan krijgen. Je wordt er zelf genudged, omdat je keuze wordt beïnvloed om iets gezonds te kopen.

De eerste keuze is gezond in de supermarkt van het Weststation. Terwijl aan het Hertogin van Brabantplein de eerste keuze ongezond is.

Is er een Molenbeek van twee snelheden, gezond is duurder? Dat is eigenlijk niet waar, want ik betaal even veel in de snack aan het Hertogin van Brabantplein als de gezonde maaltijd van de supermarkt van het Weststation.

Natuurlijk is de energetische waarde veel minder en dat is waar het schoentje knelt. Je sprint nu eenmaal minder ver op de energetische waarde van gezond.

Dus de vraag is, doen we mensen bewust kiezen welke schoenen ze in welke wijk dragen of laten we mensen onbewust door Brussel lopen met hetzelfde paar schoenen. To nudge or not to nudge?
Volg Willemjan op Facebook en op zijn website

Op bezoek bij een Syrische Belg in Molenbeek

Nadat ik vrijwilligerswerk had gedaan op het Maximilliaanplein, was ik een groep op Facebook gestart om aan vluchtelingen Nederlands en Frans te leren. Na bijna drie jaar woont een van de studenten Frans op een boogscheut van bij mij in Molenbeek. Vandaag ging ik met een chocoladetaart tot bij hem en hij maakte mij een broodje falafel klaar. Een namiddag Frans en Arabisch uitwisselen in Molenbeek.

Shadi (c) Willemjan Vandenplas (gsm)

Shadi (28 jaar) heeft 1 jaar en 4 maanden intensief Frans geleerd en ik heb 1 jaar intensief Arabisch geleerd. We zijn de perfecte match voor een talentandem. We kennen elkaar al bijna drie jaar, maar nu zijn we buren aan het Hertogin van Brabantplein. Dus zorg ik voor een namiddag ‘koffie met gateau’ en hij voor een namiddag  ‘broodje falafel’.
Wij wisselen niet alleen taal uit, maar ook cultuur. We leerden elkaars favoriete muziek kennen en wisselden onze favoriete boeken uit. Daarna vertelde hij mij zijn vluchtelingenverhaal.

Shadi’s vluchtelingenverhaal

Shadi komt oorspronkelijk van Dera’a, waar de Syrische Revolutie begon. Tijdens de eerste dagen van de revolutie, in zijn dorp even buiten Dera’a, probeerde hij als vrijwilliger van ‘De Rode Halve Maan’ de eerste gewonden te verzorgen, maar het leger van Bashar Al-assad begon op hem te schieten. Daarna kon hij zijn huis niet uit omdat hij schrik had voor zijn leven. Zijn klein zusje leed aan paniekaanvallen. Hij werd opgeroepen voor het leger en zijn broer raakte verlamd aan zijn benen en romp. Op de koop toe stierf zijn vader in een bomaanslag.
Daarom vertrok hij op 4 april 2013 naar het Za’atari-vluchtelingenkamp in Jordanië, waar hij één week verbleef. Daarna ging hij naar Erbid en later naar Aman om te werken.
Hij mocht echter officieel niet werken in Jordanië en werd opgepakt door de arbeidsinspectie die hem verplichtte om terug te keren naar Syrië waar hij ten dode was opgeschreven. Toen besloot hij om met een vals Chinees paspoort naar Brussel te vertrekken. Het zou anderhalve maand duren en het zou hem 9.500 euro kosten.
Hij vertrok in september 2014 naar Istanbul. Daarna ging het met het vliegtuig naar Izmir en met de boot naar Rhodos, waar ze met 54 vluchtelingen op zaten in de plaats van de afgesproken 12. Ten slotte namen ze het vliegtuig naar Athene.
Vandaar kwam hij met het vliegtuig naar Brussel. Hij verscheurde zijn paspoort in Zaventem en vroeg asiel aan. Nu is hij bijna 3 jaar in België. Hij spreekt zeer goed Frans en heeft een sociale woning in Molenbeek. Op dit moment wacht hij op een familiehereniging met zijn vrouw.
Hij vertelde mij zijn verhaal bij de chocoladetaart en daarna terwijl hij falafel klaarmaakte. We wisselde Frans en Arabisch uit, hij hielp mij met Arabisch en ik hem met Frans.
Ik vertelde hem in het Arabisch dat ik de eerste Belgische journalist was in het Zata’ari-vluchtelingenkamp in september 2012. En dat ik verschillende keren op de grens met Syrië heb gewerkt als fotograaf voor Knack, MO* en het Fonds Pascal Decroos.
Hij vertelde mij in het Frans dat hij zo graag terug wil naar Syrië zodra de oorlog gedaan is, maar hoe de zaken er nu voor staan zal hij mijns inziens waarschijnlijk verplicht worden om hier te blijven.
Volg Willemjan Vandenplas op zijn blog of website

Diefstal van een kers bij een fruitverkoper op het Hertogin van Brabantplein in Molenbeek

Ik ben een slechte slaper, dus de zon had weer een paar bochten gemaakt of ik stond buiten ons appartement, met mijn aftandse groene malaria T-shirt van ergens een vergeten stage in de bergen(!) van Guatemala, wisselde ik een paar minuten later in voor een blauwe met twee vetvlekken. Hier het relaas van de diefstal van een kers bij klaar lichte dag.

Hertoging van Brababantplein

Ik wandelde de zon tegemoet naar de markt van het Hertoging van Brabantplein in Molenbeek elke dinsdag…
Kersen en kersen, die waren er in overvloed, zoals de kersenboom bij ons thuis, maar nu is mijn huis, het Hertoging van Brabantplein, niet meer dat kersegekleurde huis.
Och, maar die kersen waren zo duur, ik volgde de prijs en kwam in een uithoek niet zo duur. Een kilo Kerz…

Het geluid van de Markt

-Min fadhlek, shurkran, tashrafna, 3alykom, 1 kilo kirz hoe veel mag dat zijn.
-1,95 euro 3la kilo
-Das très Bien
-3afwan
-3la Afia lakom.
-3ndy faqT 50 euro, min albank t’his begin van de week.
-Lysa mushkila, 60 euro laka. Ge zeit ne goeie gast en u arabisch is mooi!
-T’is goed schrijf u nen blog, ma3 salama, Ila liqa’ fy mayDaan Duchesse de Brabon.
(Het komt er op neer dat ik tien euro en kersen heb gekregen van een marktkramer, omdat ik mooi Arabisch spreek.)

Volg Willemjan Vandenplas op zijn Blog of website